NEDERLAND - Met 4,8 procent groeide de economie in Nederland in 2021 minder hard dan in de meeste omringende landen. Ook was de groei lager dan gemiddeld in de Europese Unie. In vergelijking met onze buurlanden was de krimp van de Nederlandse economie in 2020 echter ook kleiner, waardoor de Nederlandse economie per saldo sneller is hersteld van de coronacrisis. Dit meldt het CBS in het jaaroverzicht van de Nederlandse economie in 2021.


In de omringende landen was de economische impact van het coronavirus op de economie in 2020 groter dan in Nederland. Daardoor hoefde Nederland in 2021 een minder grote inhaalslag te maken dan onze buurlanden. In vergelijking met 2019 groeide de Nederlandse economie met 0,8 procent. Ook in België was de economie in 2021 een fractie groter dan in 2019. Maar de economieën van Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk hadden de forse schade door corona een jaar later nog niet helemaal goedgemaakt, ondanks een groei in 2021 van 7,0 en 7,5 procent.

In Duitsland was de economische groei in 2021 met 2,8 procent kleiner dan in Nederland. Die groei was ook niet genoeg om de krimp in 2020 goed te maken. Ten opzichte van 2019 was de Duitse economie nog bijna 2 procent kleiner in 2021.

Van de drie grote economische blokken groeide de economie in China met ruim 8 procent in 2021 het hardst. De groei in de Verenigde Staten kwam uit op 5,7 procent. In de Europese Unie groeide het bbp met 5,2 procent. Dat woog niet op tegen de krimp in 2020 van 5,9 procent. De economie van de Europese Unie was in 2021 nog ongeveer 1 procent kleiner dan in 2019, waar de economie van de Verenigde Staten ongeveer 2 procent groter was dan in 2019.

Nederlandse economie eind 2021 bijna 3 procent groter dan eind 2019

De economieën in Nederland, de ons omringende landen en de Verenigde Staten waren in het vierde kwartaal van 2020 allemaal een stuk kleiner dan in het vierde kwartaal van 2019. Gedurende 2021 steeg het bruto binnenlands product (bbp) in de genoemde landen echter gestaag. Het bbp van de Verenigde Staten lag in het tweede kwartaal 2021 weer boven het niveau van het vierde kwartaal 2019. Nederland, België en Frankrijk volgden een kwartaal later. De Europese Unie, ten slotte, ging in het vierde kwartaal van 2021 over het pre-coronaniveau heen. De Nederlandse economie was in het vierde kwartaal bijna 3 procent groter dan in het vierde kwartaal 2019.

De economieën van Duitsland en het Verenigd Koninkrijk waren echter in het vierde kwartaal 2021 nog steeds kleiner dan in het vierde kwartaal 2019. Dat komt onder meer doordat in het Verenigd Koninkrijk de coronaklap in het tweede kwartaal van 2020 zo groot was en in Duitsland het herstel in het vierde kwartaal van 2021 een halt werd toegeroepen door de vierde coronagolf en hernieuwde aanscherpingen van de coronamaatregelen aan het einde van het jaar. De daling van de particuliere consumptie en de aanbodbeperkingen in de Duitse industrie (bijvoorbeeld het chiptekort in de auto-industrie) drukten het bbp. Hierdoor bleef Europa's grootste economie in het laatste kwartaal van 2021 nog 1,5 procent onder het pre-pandemische niveau van het bbp.

Bron: CBS